Zij høken diep vanuit de hurken
Terwijl ze aan hun pilsje lurken
En schoppen steeds één been naar voren
Van d'avond tot het ochtendgloren
Ja, ze roepen luidkeels nazdrovje
In de streek van Zwienokourovje
Waar ’t Peeske voor Alp doorgaat
En op snelheid geen maat meer staat
Daar komt die rappe blonde aan
De Zundapps lijken stil te staan
Gekleed in Maratona klofje
Dat is allicht Zwienokourovje
Soms lijkt het wel een jongensboek
Een fietser uit de Achterhoek
Een zeldzaam talent kwam er vandaan
Ik noem hem bij zijn troetelnaam
En roep alvast: ‘I love you’
Want daar komt Zwienokourovjou
Alleen mores moet-ie nog leren
Op een rotonde demarreren ...
Gezamenlijk haal je hem nog t’rug
Dan valt hij weer aan uit je rug
Nee, qua stijl bepaald geen lof
Maar ook dat is Zwienokourov
07 november 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten