13 september 2010

Giro della Gladiola 2010

De Giro della Gladiola 2010 leverde als verwacht vele verhalen op, maar die over de strijd om de truien bleken uiteindelijk de minst interessante. Zwienokourov droeg de leiderstrui van het begin tot het eind en duldde daarin geen concurrentie. De strijd om het bergtricot was evenmin spannend. Met de Tour de France van 2008 nog vers in het geheugen, gingen de wielerliefhebbers er eens goed voor zitten. De strijd die toen in de laatste beklimming van de Alpe d'Huez in een nieuwe recordtijd in het voordeel van Nahaussler werd beslist (zie elders op DDODG), zou nu nog wel eens spannender kunnen worden. Gance Armstront had zijn trainingsarbeid ten opzichte van toen verdubbeld, een heuse hartslagmeter op z'n fiets laten monteren, en deze ook nog eens voor een extra grote beurt naar zijn mecanicien gebracht. Zwienokourov was al eerder naar de Italiaanse Alpen afgereisd voor een heus trainingskamp, bracht kennis van alle beklimmingen mee, en lag als vanouds een paar duizend trainingskilometers op de rest voor. Rollullus Nahaussler was afgetrainder dan ooit tevoren, de jongste en verreweg de lichtste van het peloton en had in de aanloop naar de Giro het Deventer uitgaansleven gedisciplineerd links laten liggen. Beukink, tenslotte, had ook niets aan het toeval overgelaten. Met Amerikaans materiaal en dito trainingsmethoden had hij zich gedegen voorbereid. De Giro zou zijn eerste koers op Europese bodem zijn sinds de Tour van 2008.

Met goed geprepareerde renners en een uitdagend etappeschema kon het niet anders dan dat er een hevige strijd om de bergtrui zou ontbranden. Er was de gehele week prachtig wielrennen te zien, maar de volgorde van aankomst op de cols was, zeker wanneer het om de buitencategorie ging, bijna steeds hetzelfde:
1. M. Beukink
2. R. Nahaussler
3. G. Armstront
4. A. Zwienokourov

Een terugblik op deze week hoeft daarom ook niet geillustreerd te worden met ingewikkelde rekenmethodes en algebraische puntenverdelingen. Zo waren de krachten verdeeld. Over het waarom zullen nog wel andere artikelen op DDODG verschijnen. In die stukken zullen woorden als 'winterkilo's', 'gezinsuitbreiding' en 'hartslagmeter' zeker terugkeren. In dit verslag van de Giro della Gladiola zal gezocht worden naar die andere verhaallijnen. Verhaallijnen die de koers om hele andere redenen zo interessant maakten.

Passo Umbrail: 18,9 km - 2501 m. - 6,8%
Passo dello Stelvio: 25,4 km - 2758 m. - 7,3%
Het etappeschema schreef voor dat de eerste dag de Stelvio vanuit Prato allo Stelvio beklommen zou worden, oftewel de lange beklimming van de oostkant. Hiertoe zou eerst met de auto de Umbrailpas opgereden moeten worden, om vanaf daar met een ommetje door Zwitserland aan de voet van dit monster te komen staan. Waar de opsteller van het etappeschema echter geen rekening mee gehouden had, was dat de berg van alle drie de kanten voor autoverkeer was afgesloten op deze zaterdag. Logisch natuurlijk, zo gaat dat met grote koersen als de Giro della Gladiola. In de praktijk kwam het er nu op neer dat de Passo Umbrail, inclusief de deels onverharde afdaling door Zwitserland, ook per fiets zou moeten worden afgelegd. Een openingsetappe met een kleine 45 km klimwerk en een ruime 3000 hoogtemeters, waarvan een flink deel boven de 2000 meter boven zeeniveau.
Dit zou gelijk de mannen van de jongetjes scheiden. Vergenoegd kon de samensteller van het deelnemersveld van de Gladiola vaststellen dat hij louter mannen tot zijn peloton had toegelaten. Op de zeer indrukwekkende Stelvio, met z'n 48 bochten, haalden de mannen van het laagland tientallen fietsers in. Respect en medelijden streden hierbij soms om voorrang. Respect voor die vader die niet alleen zichzelf deze alpenreus optrapte, maar ook nog zijn kleine dochter in een fietskar. Respect ook voor de grijsaard die fietsend de laatste loodzware stukken bedwong. Maar ook medelijden met die 'fietsers' die al bij bocht 40 huilend hun rijwiel vooruitduwden. De jaarlijkse autovrije Stelviodag lokt velen deze berg op, niet allemaal even goed voorbereid.

Passo di Foscagno: 24,2 km - 2291 m. - 4,4%
Passo d'Eira: 6,7 km - 2208 m. - 5,9%
De etappe naar belastingparadijs Livigno was bedoeld als tussenetappe, zeker met in elk been een Stelvio. Desondanks moest er toch weer vier keer tot boven de 2200 meter geklommen worden; beide passen werden van beide kanten opgereden. Voor het perspectief: vertrekpunt Bormio ligt op 1200 meter, keerpunt Livigno op 1800. Rollulus had er zin in deze dag, en schudde eens flink aan de boom. Beukink had als vanouds moeite zich weer op te laden na terrasbezoek. Armstront ontpopte zich tot meesterknecht en verdiende in de afdaling en passant de bijnaam Kenny van Hummelbarts. En Zwieno, hij maalde voort.

Passo di Gavia: 25,7 km - 2621 m. - 5,5%
Hoe sterk is de eenzame fietser
die kromgebogen over zijn stuur
tegen de wind
zichzelf een weg baant?
Deze vraag van Boudewijn de Groot beantwoordde Beukink vandaag met een: 'zeer sterk'. Door Armstront vakkundig afgezet in Santa Caterina op 14 km van de top vond Beukink vandaag een cadans die iedereen te machtig was. Zich bewust van de historie van deze berg reed hij vandaag in de tegengestelde richting die Breukink en Hampsten in 1988 in barre omstandigheden aflegden. Aangekomen in de Rifugio Bonetta, op het hoogste punt van de pas, bestelde hij in afwachting van de anderen bij de Italiaanse uitbater alvast een kop warme chocolademelk. Zijn oog viel onmiddellijk op de collage van deze historisch etappe in de Giro van '88. De dag dat Johan van de Velde in de paarse trui als eerste bovenkwam maar door de kou bevangen moest afstappen, en dat Breukink de etappe won, voor Hampsten die hiermee de basis legde voor zijn eindoverwinning. De uitbater zag de interesse en begon in het Italiaans over Hampsten. Pas toen hij de foto op z'n mobiele telefoon liet zien begreep Beukink pas echt wat hij bedoelde: Andrew Hampsten had vandaag de Gavia per fiets beklommen, slechts een uur voor de kleppers van DDODG, en was net aan de andere kant afgedaald richting Ponte di Legno. Kan dit toeval zijn?!

Passo del Mortirolo: 12,1 km - 1852 m. - 10,8%
Passo di Gavia: 17,6 km - 2621 m. - 7,1%
De Koninginnerit. De dag waarvan de meesten al weken wakker lagen (m.u.v. Zwieno, die altijd rustig slaapt vanwege zijn uitmuntende parcourskennis). De beklimming van de Mortirolo vanuit Mazzo in Valtellina staat bij wielrenners bekend als een van de zwaarste in Europa. Volgens de bekende Amerikaanse wielrenner L. Armstrong zelfs als de zwaarste die hij ooit beklommen heeft. Voor bescheiden amateurrennertjes dus inderdaad iets om van wakker te liggen. En voor Beukink iets om in de aanloop naar de Giro extra trainingskilometers te maken. En dit betaalde zich uit. Niet alleen de directe concurrentie van de GdG werd op minuten gereden, ook een eerder gestarte groep Belgen en Nederlanders werd tot de laatste man opgeveegd. Heerlijk.
De Mortirolo deed zijn reputatie verder eer aan. Niet alleen vanwege het dodelijke middenstuk, dat gemiddeld meer dan 14% stijgt, met hele stukken boven de 20%, maar ook vanwege z'n aanslagen op het materiaal van de renners. Zo protesteerde de achterderailleur van Armstront na afloop zo hevig, dat de afdaling richting San Giacomo op halve snelheid moest geschieden. Voor Beukink een geluk bij een ongeluk, want de Mortirolo had het ook op zijn fiets voorzien. Rustig dalend in het kielzog van de remmende Gance knalden voor en achterband uit elkaar bij een onzachte aanraking met een stuk Mortirolo-rots. Ook zijn nieuwe aluminium velgen kwamen hierbij niet ongeschonden uit de strijd. Bij een hogere snelheid was er ongetwijfeld meer beschadigd geraakt, inclusief de nodige ledematen. Desalniettemin moest nu ook al het beschikbare reservemateriaal benut worden om rustig rijdend op zachte banden een lokale fietsenmaker te kunnen bereiken voor nieuwe buitenbanden. Al voordat deze bereikt was werd besloten de rest van de etappe te neutraliseren. Zwieno en Raoul begonnen direct aan de Gavia zodat er, indien nodig, nog met de auto reddingswerkzaamheden verricht zouden kunnen worden.
Armstront en Beukink ontdekten in Temu een brommerhandelaar die nog precies een buitenband (van het merk Vredestein) in voorraad had. Met behulp van een tweede buitenband die in diens vuilnisbak gevonden werd, en aldus aan een niet meer gedacht tweede leven kon beginnen, kon toen toch nog fietsend aan de thuisreis begonnen worden. (Armstront's derailleur was inmiddels op miraculeuze wijze spontaan weer gaan werken). Die thuisreis voerde, terwijl de avond al aan het beginnen was, vanuit Ponte di Legno, over de Passo di Gavia. De echt historisch kant dus. Nu de wedstrijd geneutraliseerd was konden de renners de tijd nemen om van het uitzicht en de ondergaande zon te genieten. De Gavia blijft echter de Gavia, en zeker op het eind had hij nog een aantal venijnige verrassingen in petto. Allereerst de pikdonkere tunnel een paar kilometer onder de top. Daarnaast de (traditionele) bloedneus van Gance. En natuurlijk de langzaam leeglopende achterband van Beukink (inderdaad, de reservebinnenband van Raoul - hij had het kunnen weten). Het echte venijn zat 'm echter niet in de beklimming, maar op de top en in de afdaling. Bovenop gaf de thermometer -1 aan. De snerpende tegenwind, gecombineerd met de bezwete lichamen en halve wielerhandschoentjes, deden dit aanvoelen als -10. Zo werd toch nog enigszins gevoeld hoe dat in '88 geweest moet zijn. Een rillende lijdensweg tot in Bormio, na 25 km afdaling. Maar weer een mooie ervaring rijker.
Bormio 2000: 9,9 km - 1938 m. - 7,5%
Een toetje. Vanuit het appartement naar boven en weer terug. 20 km uit en thuis, en ook buiten mededinging omdat hij op verschillende dagen door de deelnemers is beklommen. Armstront mag het zijn berg noemen, omdat hij als enige 2 maal naar boven is gereden. Zijn in de eerste beklimming opgedane parcourskennis leverde hem op de laatste dag nog de prijs van meest strijdlustige renner op, en punten op de top. Appelpunten.

Een schitterende Giro della Gladiola werd met uitzicht op Bormio afgesloten. Zwieno kreeg de gele leiderstrui definitief omgehangen en at er alvast een winterkilootje bij. Rollullus deed voldoende inspiratie op voor een dissertatie over doping. Armstront weet dat fietsen onder de 160 h.p.m. hem alle bergen overkrijgt, maar nooit als eerste. Beukink weet dat fietsen rond de 185 h.p.m. hem in veel kortere tijd boven krijgt, maar hoe lang houdt hij dit nog vol? Voldoende stof voor verdere filosoferen op uw favoriete wielerblog. Voldoende heroiek om er weer een winter tegen aan te kunnen. En hopelijk voldoende inspiratie voor een volgende grote ronde op DDODG.
De Vuelta de Gladiolos?

Geen opmerkingen: